Eigenlijk weet ik niet goed waar te beginnen.
Behalve dat ik hier in Parijs in mei en juni een Safe Space wil creëren voor mezelf en collega´s in de kunsten die in de Afrikaanse Diaspora geworteld zijn – schiet er echt van alles door dat brein van me.
Ja er is behoorlijk wat werk te doen : een roman (die écht af moet), een toneelstuk, een kinderboek, een filmplan/serie over vrouw zijn en vrouwelijk kapitaal.
Vorig jaar verscheen er een interview waarin gesteld werd dat ik elk jaar iets aflever… maar wat mensen niet in acht nemen zijn de vele jaren die aan het afleveren vooraf gaan: ik doe heel lang over researchen, denken en twijfelen. De juiste vorm zoeken. En pas daarna kop ik de balletjes inderdaad jaarlijks in.
De belangrijkste projecten waar ik nu aan werk gaan in Meudon dus zeker weten belangrijke fases in.
Maar… Parijs!
En…
dit huis…
de sfeer…
Nelly’s leven…
Haar enorme liefde voor haar man Mondriaan-compaan Theo Van Doesburg… Hoe hij haar persoonlijkheid vormde naar zijn iedeaal en hoe zij zich een leven lang bleef inzetten voor erkenning en waardering van zijn oeuvre. Na zijn overlijden onder andere samen met Peggy Guggenheim.
Maar wat me vooral intrigeert is het opofferen van haar eigen ambities en haar eigen ontwikkeling als kunstenaar ten behoeve van de carrière van Does – en de vragen (en herinneringen aan vrouwen die dat ook deden) die dat bij mij oproept. Alhoewel ik zelf ook een vrouw ben die er een groot genoegen in schept dienstbaar te zijn en mijn geliefde te pleasen, is er geen man ooit geweest die mij zo ver kreeg mijn ambities in de koelkast te leggen.
Een nogal zelfingenomen ex-geliefde van me was hier lang geleden ook resident.
Zonder dat ik (bewust) revanche neem besef ik als ik Nelly’s leven lees dat deze residentie gelijkspel is. En dat het geen toeval is dat ik juist op deze plek wou resideren.
Dat was me niet gelukt als ik me zoals Nelly meer voor zijn ambities dan voor de mijne had ingezet.
Vandaar de gedachten. Zeer bruikbaar voor de roman ook. De vrouwen in dat boek worstelen met de kunsten en de liefde…
Toen ik het plan schreef waarmee ik door het Letterenfonds werd geselecteerd had ik enkel voor ogen de zwarte lijnen van De Stijl meer te benadrukken door mijn tijd in de residentie te delen met interdisciplinaire kunstenaars uit de Afrikaanse Diaspora.
Wist ik veel: ik had er echt totaal geen idee van dat de tweede grote liefde in Nelly’s leven de zwarte Afrikaanse Sourou Migan Apithy was. Een dertien jaar jongere man met zeer uitgesproken politieke ideeën, die later een jaar president was van Dahomey (het latere Benin). Ik wist ook niet dat Nelly in de beginjaren van hun relatie (in de oorlogsjaren) er zéker voor die tijd erg radicale antikolonialistische opvattingen op nahield onder invloed van Sourou en zijn politieke vrienden die hij ontmoette. Hier in dit huis in Meudon.
Noch wist ik dat mijn muzikale held Thelonious Monk een tijd haar lover was – en tijdens zijn optredens in Parijs in dit huis verbleef. En dat Nelly zich erg thuis voelde in Harlem en bij zwarte mensen specifiek.
Sommige activistische vrienden van mij zullen dit wegschuiven als exotisme, maar ik weet na het lezen van haar leven dat het dat niet is.
Nelly(links) en Sourou (rechts) met Afrikaanse virenden voor de garagedeur hier in Meudon. foto uit de biografie Wies van Moorsel ‘De doorsnee is mij niet genoeg’
Oo
Als kleinkind zijnde van een witte, begin deze eeuw in Parijs geboren vrouw,
die in 1945 een dubbelbloed kind verwekte met een Amerikaanse soldaat en die door iedereen daarvoor verguisd en verschopt werd, groeit mijn bewondering voor Nelly’s power en durf. Wat een vrouw.
En wat een kracht als de liefde je laat groeien. Op meerdere gebieden. En ze was ook nog spiritueel onderlegd lees ik tussen Wies’ zinnen door.
Ook het idee dat ze dus mijn oma had kunnen zijn…
Al stond mijn oma (die bangig, laffig en zeer onderdanig was) toch écht aan de andere kant van het spectrum.
Oh ja: ik schrijf een filmplan over vrouw zijn. Wat een voeding.
Kortom: er is hier meteen zoveel synchroniciteit dat ik al na 2,5 dag hier weet dat mijn deeg aan het rijzen is.
Goede voortekens voel en zie ik. Overal.